Tijdens de laatste raadsvergadering bleek dat het initiatief van een zeemanshuis nog steeds op brede steun in de raad kon rekenen. Ook Harlinger Belang staat positief tegenover de vestiging van een zeemanshuis. Een dergelijk huis past bij onze gastvrije haven. Vandaar dat wij eerder ook onze steun hebben gegeven aan het initiatief van het CDA. Echter, de snelheid en wijze waarop het CDA dit onderkomen voor schippers en haar bemanning wil realiseren, vond de raadsfractie niet juist.
Een zeemanshuis, waar zeelieden kunnen recreëren onder het genot van een hapje en drankje, treedt in concurrentie met de in Harlingen gevestigde horeca. Wanneer de gemeente hiervoor gemeenschapsgeld beschikbaar stelt, ontstaat oneerlijke concurrentie en is sprake van paracommercie.
Ook gaf het college eerder aan, dat er in de lopende begroting geen gelden voor een zeemanshuis beschikbaar waren. De door het CDA voorstelde greep uit de gemeentelijke spaarpot, kon zeker niet op onze steun rekenen. Harlinger Belang vindt dat deze spaarpot bedoeld is voor structurele investeringen in de lokale economie en de maatschappelijke structuur van Harlingen. Oftewel: iets waar alle Harlingers, Midlummers en Wijnaldummers baat bij hebben. Een zeemanshuis levert hier onvoldoende bijdrage aan.
Bovendien zou door het voorstel van het CDA, de deur ook openstaan voor andere private initiatieven. De gemeentelijke investeringsreserve is geen pinautomaat voor dergelijke sympathieke initiatieven.
Ondanks dat de initiatiefnemers al een stichting hebben opgericht en met de inrichting van een ‘huiskamer’ bezig zijn, komt een zeemanshuis feitelijk te vroeg. Een zeemanshuis wordt doorgaans gefinancierd uit de havenopbrengsten. Nu is dit nog gemeenschapsgeld, in de toekomst niet meer.
De gemeente is namelijk druk bezig om op korte termijn een zelfstandig havenbedrijf op te richten. Of dit particuliere bedrijf dan een deel van haar opbrengsten wil gebruiken om een zeemanshuis te faciliteren, is aan haar. Harlinger Belang wil hier niet op vooruitlopen.
